Veiligheid
Zij worden geacht kennis te nemen van dit veiligheidsreglement en dienen zich aan deze regels te houden bij deelname aan trainingen en overige, door Triathlon Club Alphen georganiseerde, wedstrijden en evenementen.
Looptrainingen
VEILIGHEID
Tijdens het lopen buiten de atletiekbaan is het dragen van een hesje met reflecterend materiaal of een band met reflecterend materiaal of lampjes na zonsondergang verplicht.
BAANREGELS
De binnenste baan (baan 1) is voor atleten, die hun programma lopen (snelheids- en tempotraining). Men dient hier achter elkaar te lopen, zodat snellere lopers moeiteloos buitenom kunnen passeren. Finish na de versnelling altijd naar de buitenkant van de baan toe zodat de binnenbaan direct vrij is voor achteropkomende lopers. Het in- en uitlopen dient alleen in de buitenste banen (5 en 6) te gebeuren. Langdurig in- en uitlopen dient niet op de baan plaats te vinden maar bijvoorbeeld op het gras rondom de baan of buiten de baan, op instructie van de trainer.
Fietstrainingen
Elke deelnemer moet zich aan de verkeersregels houden. Belangrijk daarbij is je eigen veiligheid en die van andere verkeersdeelnemers.
GEDRAGSREGELS VOOR FIETSEN IN EEN GROEP:
We houden rekening met elkaar. Er wordt als groep gereden, dus: samen uit, samen thuis. Er wordt extra rekening gehouden met nieuwe deelnemers aan de groep. Als iemand het tempo niet aan kan laat men de betreffende persoon op de tweede rij fietsen en/of wordt het tempo aangepast. Bij een klim wordt er gewacht tot de laatste boven is. Bij pech wordt op elkaar gewacht. Er wordt niet met losse handen gereden. Niet rijdend achterom kijkend een gesprek voeren. Niet mobiel bellen. Nooit abrupt van richting veranderen of remmen, maar langzaam uitrijden. Als men in de berm rijdt niet de weg/het fietspad weer oprijden maar rustig uitrijden en remmen.
TEKENS IN DE GROEP:
Als er gestopt moet worden geven de voorrijders een stopteken met de arm recht omhoog en roepen “STOP”. De groep geeft het stopteken door naar achter. Als de weg vrij is, geven de voorrijders een teken met de arm omhoog naar voren wuivend en roepen “VRIJ”. De groep geeft het teken door naar achter. Bij rechtsaf: voorrijder met arm rechts en roept “RECHTS”. De groep geeft de roep door naar achter.
Bij linksaf: voorrijder geeft dit aan met arm naar links en roept “LINKS”. De groep geeft de roep door naar achter.
Bij rechtdoor: voorrijder roept “RECHTDOOR”. De groep geeft de roep door naar achter. Bij obstakel rechts van de weg of inhalen van mede weggebruiker: de voorrijders roepen duidelijk “VOOR”. De groep geeft de roep door naar achter. Bij obstakel links van de weg of tegenligger: voorrijders roepen duidelijk “TEGEN”. De groep geeft de roep door naar achter. Bij obstakels in of op het wegdek wordt luid de naam van het obstakel groepen en met de arm naar beneden naar het obstakel gewezen. De groep geeft de roep door naar achter. Wordt er “RITSEN” geroepen dan dient men achter elkaar te rijden. De groep geeft de roep door naar achter. Indien de groep wordt ingehaald (fietser, auto, o.i.d.) roep dan luid “ACHTER”. De groep geeft de roep door naar voren. Zijn er technische problemen roep dan luid “LEK”.
TIPS VOOR DE GROEP
De voorste fietsers ‘waarschuwen’ andere weggebruikers tijdig en vriendelijk. Zorg voor een toercoördinator of een wegkapitein. Blijf alert en geconcentreerd. Iedereen wordt geacht persoonlijke gegevens (identificatie) bij zich te dragen. Drink en eet op tijd maar wel op een rustig moment. Bij pech rijdt iedereen naar een veilige plek. Ga indien mogelijk van de weg of fietspad af. Vermijd bij clubritten zoveel mogelijk fietspaden in drukke toeristische gebieden.
VEILIGHEID
Controleer je fiets vooraf op gebreken. Draag handschoenen / sportbril / helm voor veiligheid en comfort.
Waarschuw tijdig als je gaat passeren. Houd zoveel mogelijk rechts, inhalen doe je zoveel mogelijk linksom. Waarschuw de deelnemer achter je voor onverwachte situaties. Neem pechspullen en een EHBO kit mee. Blijf op de aangegeven route. Zorg dat je persoonsgegevens bij je draagt en eventueel een mobiele telefoon.

Zwemtrainingen
OPEN WATER
Om de veiligheid van de deelnemers aan de zwemtraining van TCA in de Zegerplas te optimaliseren, zijn er een aantal regels opgesteld. Iedereen die aan de training meedoet is verplicht om aan deze regels te voldoen. Instructies van de trainer over waar er gezwommen wordt moeten worden opgevolgd. Indien leden van TCA een ander parcours willen zwemmen, dan doen zij niet mee aan de TCA training en vallen daarmee ook niet onder de verantwoordelijkheid van de trainer en de club.
Iedereen is verplicht om een felgekleurde badmuts te dragen (alle kleuren behalve zwart, donkergroen en donkerblauw);
Het is verstandig om samen met iemand te zwemmen die ongeveer even hard zwemt. Dan spreek je af dat je elkaars ‘buddy’ bent en op elkaar let;
Er wordt alleen gezwommen tussen het surfstrandje en de T-steiger e.v.v. én tussen door TCA geplaatste boeien vanaf het surfstrandje.
ZWEMBAD
Altijd rechts houden;
Wanneer je rust hebt en aan de kant hangt, schuif dan zover mogelijk in zodat anderen in je baan hun keerpunt kunnen maken;
Ga niet op de lijn zitten of eraan hangen;
Als iemand duidelijk sneller is, geef hem/haar dan de ruimte om in te halen.
ONTRUIMINGSPLAN ZWEMBAD AQUARIJN
TCA leden en eigen bezoekers kunnen in zwembad Aquarijn aanwezig zijn als een ontruiming moet gebeuren. Onze prioriteit ligt bij de veiligheid van onze eigen leden en eigen bezoekers.
Volg dan deze aanwijzingen op:
Een ontruiming wordt aangekondigd door een ‘slow-whoop’ signaal door de speakers;
Er worden 2 TCA ‘teamleiders’ aangewezen: 1 voor de ‘zwemzaal’ en 1 voor het ‘kantorengedeelte’;
Indien aanwezig, zullen de mensen met EHBO certificaat en kennis van het Aquarijn ontruimingsplan een teamleidersrol op zich nemen (zoals Gert-Jan T., Daan, Sander, Andy);
Indien nodig zal de trainer/toezichthouder een teamleidersrol op zich nemen;
De TCA teamleider in de zwemzaal zorgt ervoor, dat alle TCA leden die in het zwembad liggen, op de kant komen;
Alle TCA zwemmers volgen de instructies van de teamleider ‘zwemzaal’ op;
Zwemmers blijven tot nader orde in de zwemzaal op de kant;
Aangezien het onduidelijk is hoe lang de situatie gaat duren en de zwemmers mogelijk via de nooduitgangen naar buiten moeten gaan, moet iedereen een handdoek pakken om zich af te drogen en warm te houden;
Personen die gekleed zijn, verlaten direct de zwemzaal op de begane grond via de nooduitgangen links of rechts van de zwemzaal;
Personen op de tribune gaan via de nooduitgangen op de eerste verdieping naar buiten (links of rechts);
Alle geklede personen die Aquarijn via de nooduitgangen hebben verlaten, verzamelen op de ‘buiten verzamelplaats’ (einde straat Eekhoorntjesbrood, tegenover de hoofdingang van het zwembad);
De teamleider ‘kantorengedeelte’ gaat als vertegenwoordiger van TCA naar de ‘binnen verzamelplaats’, dit is de ‘gastenservice’ links grenzend aan de entreehal;
Het is verstandig om nog een ander TCA lid mee te nemen (liefst met EHBO certificaat en kennis van het ontruimingsplan Aquarijn);
Indien er nog geen vertegenwoordiger van ‘De Thermen2’ op de ‘binnen verzamelplaats’ is, kan contact opgenomen worden middels de portofoon in de badmeesterpost in de zwemzaal;
In de ‘gastenservice’ zal de teamleider ‘kantorengedeelte’ met de vertegenwoordiger van ‘De Thermen2’ en eventueel vertegenwoordigers van andere aanwezige clubs/huurders onderzoeken wat de oorzaak van het alarm is;
Op het ‘brandmeldpaneel’ rechts naast de kassa is middels rode lampjes te zien welk alarm is afgegaan en waar zich mogelijk vuur bevindt;
Na het observeren van brand en/of rookontwikkeling wordt door 1 van de verzamelde teamleiders het noodnummer 112 gebeld;
Vervolgens gaat de teamleider ‘kantorengedeelte’ van TCA of begeleider terug naar de zwemzaal. Tijdens een alarmmelding worden automatisch veel deuren naar de zwemzaal geblokkeerd door rolluiken. Via de deur naast het restaurant (op de begane grond) en via de deur in het badmeesterhok kan men altijd naar de zwemzaal.
De zwemmers blijven in de hoek staan van de zwemzaal, bij 1 van de nooduitgangen, zo ver mogelijk van vuur en/of rook verwijderd;
De brandwerende deuren kunnen vuur en rook zeker een half uur tegenhouden. Als het nodig is, moeten de zwemmers de zwemzaal verlaten door de nooduitgangen (links of rechts);
Bij kou is het zaak, dat zwemmers snel bij een huis in de buurt aanbellen om daar te schuilen;
De teamleider ‘zwemzaal’ houdt bij waar de zwemmers gaan schuilen en gaat daarna zelf naar de ‘buiten verzamelplaats’ (einde straat Eekhoorntjesbrood, tegenover de hoofdingang van het zwembad).


